Onze ervaring van vrije wil. In zijn boek Being You wijdt Anil Seth een hoofdstuk aan de vrije wil.  Het belangrijkste aspect van jezelf zijn voor mensen is dat ze de controle hebben over hun eigen acties en de auteur zijn van hun eigen gedachten. Dat we dingen doen uit vrije wil.

Vrije wil

We ervaren onze acties als vrijwillig wanneer die van binnenuit komen, wanneer we die als los zien staan van alternatieve ontstaansbronnen (ons lichaam of de wereld buiten ons lichaam) en waarbij we ervaren dat het mogelijk was om iets anders te doen. De drie kenmerken van vrijwillige acties zijn dus: ik doe wat ik wil doen, ik had iets anders kunnen doen en mijn actie komt van binnenuit.

Ik doe wat ik wil doen

Ervaringen van vrijwillige actie gaan samen met een gevoel dat je doet wat je wil doen. Je zet bijvoorbeeld een kopje thee omdat je dorst hebt. Je wilt een kop thee drinken, hoewel je er niet zelf voor koos om te willen dat je thee zou willen drinken. Je behoefte is geen onderdeel van je vrije wil, maar je actie is wel vrijwillig omdat die een weerspiegeling is van wat je wilt doen (thee drinken).

Ik had iets anders kunnen doen

Ervaringen van vrijwillige actie gaan ook samen met een gevoel dat je iets anders had kunnen kiezen. Het hoeft niet zo te zijn dat je daadwerkelijk iets anders kon kiezen, het gaat om je perceptie dat je iets anders had kunnen kiezen als je dat had gewild, ongeacht of het daadwerkelijk zo is.

Van binnenuit

Ervaringen van vrije wil gaan tenslotte samen met een gevoel dat de actie van binnenuit is gekomen en niet van buitenaf is gecontroleerd of opgelegd. We ervaren een actie als vrijwillig wanneer we de oorsprong van die actie ervaren als van binnenuit komend, in lijn met onze overtuigingen en doelen.

Mate van vrijheid

Vrijwillig gedrag is dus afhankelijk van het al dan niet hebben van de competentie om te kunnen omgaan met de verschillende vrijheidsgraden die er zijn, op een manier die in lijn ligt met je doelen, waarden en overtuigingen. Ons brein heeft geen specifiek gebiedje waarin onze vrijwilligheid huist, maar in plaats daarvan is er bij een ervaring van vrije wil sprake van een netwerk van processen in veel verschillende breinregio’s. Het gaat bij deze processen om het ‘wat’ (welke actie), het ‘wanneer’ (de timing van de actie) en het ‘of’ (de rem, de mogelijkheid om op het laatste moment de actie toch niet te ondernemen).

Wat, wanneer, of

Het ‘wat’ (actie) komt voort uit je eigen doelen, overtuigingen en waarden. Wanneer je actie in lijn ligt met je doelen, overtuigingen en waarderen heb je de perceptie dat je gedrag vrijwillig is en voortkomt uit je eigen vrije wil.

Het wanneer gaat over de timing van je actie. Experimenten van Libet lieten zien dat er in ons brein al een readiness potential te zien is voordat de persoon zich bewust was van een intentie om de actie te gaan ondernemen. Er werd destijds geloofd dat dit betekende dat vrije wil niet bestond. Later onderzoek liet zien dat een readiness potential niet een signaal is dat het brein een vrijwillige actie initieert, maar dat readiness potentialen een fluctuerend patroon van brein activiteit zijn, die alleen soms een drempel overgaan. Wanneer die drempel overgegaan wordt dan triggert die een vrijwillige actie. Het is dus niet zo dat in ons brein al te zien is dat we een vrijwillige actie gaan ondernemen waarvan we onszelf nog niet bewust zijn. De bereidheidspotentialen wijzen op een brein dat sensorische data aan het verzamelen is om een predictie te gaan doen. Het wanneer is wat Libet zag in zijn experimenten en gaat uitsluitend over de timing van je actie.

Het ‘of’ kan op elk moment ervoor zorgen dat we een actie toch niet gaan uitvoeren. We kunnen een actie onderdrukken bijvoorbeeld, of voor een andere actie kiezen.

Doelgericht gedrag

Doelgericht gedrag is een proces dat voortdurend doorgaat en plaatsvindt in het brein en het lichaam in relatie met de omgeving. Het proces kent geen begin en geen einde. Het proces zorgt voor een zeer flexibele vorm van doelgeoriënteerd gedrag (wat, wanneer, of). De perceptie die we hiervan hebben is de basis voor onze subjectieve ervaringen van vrijwilligheid.

Mate van vrije wil

In plaats van te denken in termen van wel of geen vrije wil kunnen we beter denken in termen van de mate van vrije wil die we hebben. We functioneren immers niet in een vacuüm,, al onze percepties en acties zijn gericht op ons eigen voortbestaan, en tegelijkertijd hebben we heel echte persoonlijke ervaringen van vrijwilligheid en onvrijwilligheid.