Autonomie en innovatie. Autonomie, in de zin van zelf beslissingen mogen nemen en je eigen keuzes mogen maken kun je op verschillende manieren vorm geven. In een onderzoek van Boss et al werd gekeken naar zelf mogen kiezen aan welk idee je werkt of zelf mogen kiezen met wie je werkt. Heeft autonomie ten aanzien van kiezen aan welk idee je werkt en/of kiezen met wie je werkt een verschillend effect op prestaties?

Prestaties

De onderzoekers deden een veldexperiment onder 939 studenten die een 11 weken lang durende opleiding voor start-up ondernemers volgden. De beoordeling van hun prestaties aan het einde van hun opleiding werd gedaan door experts uit de praktijk. Die experts hadden geen inzicht in de conditie waaronder de prestaties waren geleverd. Zij beoordeelden de prestaties van de teams op criteria zoals originaliteit, haalbaarheid, marktpotentieel en succespotentieel.

Condities

Er waren vier condities. Sommige studenten mochten zelf kiezen met wie ze een team wilde vormen en ze mochten ook zelf kiezen welk innovatief idee ze wilden uitwerken. Sommige studenten werden ingedeeld in een team en dat team mocht zelf kiezen welk innovatief idee ze wilden uitwerken. Sommige studenten kregen een idee toegewezen en mochten zelf kiezen met wie ze in een team zaten. Sommige studenten mochten noch zelf het innovatieve idee noch zelf de teamleden kiezen.

Resultaat

De resultaten van de teams die een keuze kregen was beter dan de resultaten van teams die geen enkele keuze hadden gekregen. De prestaties van de teams die hun eigen idee mochten uitwerken waren significant beter dan de prestaties van de teams die hun eigen teamleden mochten kiezen. De prestatievoordelen verdwenen echter voor de teams die zowel hun eigen idee mochten kiezen als zelf het team mochten samenstellen. Autonomie ten aanzien van de inhoud waarmee je aan de slag gaat en autonomie ten aanzien van met wie je wilt werken lijken dus substituten van elkaar te zijn.

Substituten

In tegenstelling tot wat de onderzoekers hadden verwacht waren de positieve prestatie-effecten van zelf je team kiezen en zelf je idee kiezen namelijk niet complementair. Ze telden niet eens bij elkaar op. Wanneer er zowel zelf gekozen mag worden voor het idee als voor het team blijken de voordelen van beide dimensies van autonomie elkaar juist te remmen. De teams waarin de teamleden zowel mochten kiezen met wie ze wilden werken als welk idee ze wilden uitwerken presteerden slechter dan de teams waarin de autonomie was beperkt tot 1 van de twee keuzes.

Overmoedigheid

De resultaten wijzen op een mogelijke verklaring hiervoor. De teams waarin de teamleden elkaar hadden gekozen bleken homogener te zijn, mensen kiezen immers om samen te werken met mensen die ze al kennen en die ze aardig vinden en die op ze lijken. Het lijkt erop dat dit in het team gepaard gaat met een overmoedigheid en zelfgenoegzaamheid, waardoor deze teams te snel met een idee aan de slag gaan en te weinig kritisch blijven doordenken over het idee.

Implicaties voor leidinggevenden

Op basis van dit veldexperiment doen leidinggevenden er goed aan om autonomie te geven, omdat autonomie samengaat met betere prestaties. Maar ze doen er tevens goed aan om bewust te kiezen ten aanzien waarvan ze autonomie geven. Het lijkt erop dat het beter werkt om autonomie te geven ten aanzien van welke inhoudelijke ideeën het team wil gaan uitwerken, dan om autonomie te geven ten aanzien van wie met wie gaat werken. Het plezier in de samenwerking is wel wat minder in teams waar men geen keuze had met wie men werkt, maar de prestaties zijn beter.