Hoe we ons verhaal vertellen aan onszelf en anderen is sterk gerelateerd aan ons welbevinden. Het perspectief waarvanuit we ons verhaal over onszelf formuleren, geeft richting aan ons gedrag. Wilson beschrijft wat voor soort perspectieven ons gelukkig maken. Er zijn drie sleutelingrediënten voor een narratief van welbevinden: betekenis, hoop en bedoeling.

Betekenis

Betekenis wil zeggen dat je zin ziet in je bestaan. Dat je een coherente set van overtuigingen hebt die je bestaan richting geven. Als je je eigen verhaal vertelt vanuit een overtuiging dat het ertoe doet dat je bestaat, kun je beter reageren op tegenslagen. Als je een betekenis ziet kun je beter accepteren dat er soms nare dingen gebeuren in je leven.

Hoop

Hoopvol gedrag wil zeggen dat je effectief omgaat met tegenslag, dat je problemen aanpakt in plaats van uit de weg gaat, doorzet bij tegenslag en focust op wat je kunt beïnvloeden en veranderen, plannen maakt voor de toekomst. Hoop is geen irreeel idealistisch idee dat alles goed zal komen, hoopvol gedrag is effectief gedrag vanuit de overtuiging dat het beter kan worden.

Bedoeling

Bedoeling wil zeggen dat je een zelfgekozen doel hebt en dat je progressie maakt in de richting van je doel. Het geeft ons een gevoel dat we effectieve, autonome mensen zijn die goed zijn in wat we doen. Als we een perspectief hebben dat we actief bezig zijn om een doel te bereiken, worden we daar gelukkig van.

Narratief van welbevinden

Narratieven die mensen betekenis geven, hoop geven en een bedoeling geven zijn narratieven van welbevinden.

]